Rijksmonumenten Wiki
Advertisement

Omschrijving

Op rechthoekige grondplan gebouwd en 15 vensterassen tellend, HOOFDGEBOUW, van de Snouck van Loosen ziekeninrichting bestaande uit kelder, parterre, verdieping en kapverdieping onder een samengestelde kap (een groot afgeknot schilddak met een aantal kleinere schilddaken met piron) met rode geglazuurde kruispan. Aan de straatzijde (O) wordt de kap doorbroken door zeven dakkapellen. Aan de achterzijde (W) wordt de kap doorbroken door vijf dakkapellen en een forse vierkante schoorsteen in rode baksteen.

Het muurwerk is in hoofdzaak opgebouwd uit rode baksteen en wordt bij de vensters gecombineerd met natuurstenen onderdorpels en zandstenen aanzetstenen.

De symmetrische voorgevel (O) staat op een uit grijze baksteen en natuursteen opgebouwde plint en heeft vijf geveldelen, waaronder een middenrisaliet en twee hoekrisalieten. De middenrisaliet is breder dan de beide hoekrisalieten en heeft een breder formaat dakkapel dan de hoekrisalieten. Deze dakkapel is net als de dakkapellen van de hoekrisalieten geplaatst onder een schilddak met loden piron en loopt net als de andere twee aan de onderzijde door in de gevel.

De middenrisaliet bevat drie vensterassen. De centrale as heeft op de parterre de ingangspartij met portaal en natuurstenen omlijsting. Boven de van wapenschilden en complexnaam voorziene omlijsting bevindt zich een natuurstenen waterlijst. Het portaal met herdenkingsplaquette uit 1899 heeft een rib-gewelf en wordt bereikt via een uit drie treden bestaande natuurstenen stoep. Op de verdieping heeft de as een gekoppeld venster dat is samengesteld uit een vierruits draaivenster met een smal tweeruitsvenster aan weerszijden. Op de kapverdieping zet de as zich voort in het gekoppelde venster van de dakkapel dat, net als het gekoppelde venster op de verdieping, is samengesteld uit een vierruits draaivenster en een smal tweeruitsvenster aan weerszijden. De as ter linker- en ter rechterzijde hebben een getoogd vierruits draaivenster op de parterre en een vierruits draaivenster op de verdieping. De middenrisaliet is net als de hoekrisalieten voorzien van hoeklisenen waartussen zich langs de dakgoot en onder de dakkapel een rondboogfries bevindt.

De terugliggende gevelvlakken, tussen middenrisaliet en hoekrisalieten, hebben twee identieke vensterassen met getoogd vierruits draaivenster op de parterre en vierruits draaivenster op de verdieping. In het voordakschild bevindt zich recht boven deze assen een dakkapel met twaalfruits draaivenster. De dakkapellen hebben een pangedekt lessenaardak en zinken zijden. De teruggelegen geveldelen hebben beide een in rode en gele baksteen uitgevoerd fries boven een deels in de risalieten doorlopende zandstenen lijst.

De hoekrisalieten hebben elk één vensteras groot getoogd houten meerruitsvenster op de parterre en gekoppelde vensterpartij op de verdieping, samengesteld uit een vierruits draaivenster met twee smalle houten tweeruitsvensters aan weerszijden. De as zet zich op de kapverdieping voort in het gekoppelde venster van de dakkapel dat is samengesteld uit twee vensters. Alle vensters aan de voorzijde zijn van hout, hebben een natuurstenen lekdorpel en zijn voorzien van een bovenlicht met meerruitsroedenverdeling.

De in oorsprong symmetrische achtergevel staat op een uit grijze baksteen en natuursteen opgebouwde plint en telt net als de voorgevel vijf geveldelen, waaronder een middenrisaliet en twee hoekrisalieten. De middenrisaliet en de hoekrisalieten zijn, in tegenstelling tot de risalieten aan de voorgevel, van gelijke breedte. Aan de bovenzijde van de achtergevel bevindt zich een over de gehele gevel doorlopende sierstrook in gele baksteen. De voornoemde dakkapellen aan deze zijde zijn op regelmatige afstand van elkaar geplaatst, evenwel niet recht boven de vensterassen zoals aan de voorzijde. De dakkapellen hebben zinken zijden en twaalfruits draaivensters en zijn geplaatst onder een pangedekt lessenaardak.

De rechter hoekrisaliet bevat zowel op de parterre als op de verdieping een gekoppeld venster. Het venster op de parterre is samengesteld uit twee vierruits draaivensters en het venster op de verdieping is samengesteld uit een vierruits draaivenster met een smal houten tweeruitsvenster aan weerszijden. De linker as bevat zowel op de parterre als op de verdieping een vierruits draaivenster. De vensters van de rechter hoekrisaliet zijn van hout en hebben een bovenlicht met meerruitsroedenverdeling.

Het terugliggende geveldeel, tussen rechter hoekrisaliet en middenrisaliet, bevat één vensteras met op zowel parterre als verdieping een deuropening met meerruits bovenlicht. Op de verdieping geeft de deur toegang tot een balkon met houten balustrade.

De middenrisaliet heeft vier, van links naar rechts, in lengte toenemende glas-in-lood-vensters die zorgen voor de lichttoetreding van het aan deze zijde gelegen trappenhuis. Onder deze vensters bevindt zich links op de parterre en rechts op maaiveldhoogte een deuropening. Tussen de beide deuropeningen bevindt zich op de parterre een vierkant venster met vierruitsroedenverdeling. Alle aan deze zijde beschreven vensters hebben een natuurstenen lekdorpel.

Waardering

Het oorspronkelijk, in overgangsarchitectuur uitgevoerde hoofdgebouw is van algemeen belang als beeldbepalend en historisch-functioneel onderdeel van het complex Snouck van Loosen ziekeninrichting wegens architectuur- en cultuurhistorische waarde.





























Bron: RCE Rijksmonumenten Dataset, Tabel 2 (2009)
Advertisement